2 maart: Introductie administratieve bijdrage voor bepaalde verblijfsprocedures!
02.03.2015 by
Vanaf 2 maart 2015 moet men voor het indienen van bepaalde verblijfsaanvragen een administratieve bijdrage betalen aan de Dienst Vreemdelingenzaken.
Waar gaat het om?
Het gaat om een administratieve bijdrage per volwassen persoon dat te betalen is voor het indienen van bepaalde verblijfsaanvragen. Deze bijdrage komt bovenop de mogelijke andere bijdragen (consulaire taksen of gemeentelijke retributie). Eventuele transactiekosten zijn ten laste van de aanvrager.
Hoe gaat het in zijn werk?
Men moet een betalingsbewijs toevoegen aan alle verblijfsaanvragen ingediend vanaf 2 maart 2015 (bvb. een rekeninguittreksel) De betaling van de bijdrage is een voorwaarde bij het ontvankelijkheidsonderzoek. Niet betalen betekent dus een onontvankelijke aanvraag.
Indien u te weinig betaalde, dan zal u via een bijlage 42 gevraagd worden het resterende saldo binnen de 30 dagen over te maken. Indien u niet binnen deze termijn een bewijs van betaling voorlegt, wordt uw aanvraag onontvankelijk verklaard.
Dienst Vreemdelingenzaken meldt op zijn website dat het restsaldo niet terugbetaald wordt indien u te veel betaalde.
Welk bedrag voor welke procedure?
Hieronder beperken we ons tot die verblijfsprocedures waarop de gezinnen zonder wettig verblijf het vaakst beroep doen. Voor een volledig overzicht verwijzen we door naar de mededeling van de Dienst Vreemdelingenzaken van 27 februari 2015.
60 euro:
- artikel 10 of 10bis Vw voor familieleden die zich herenigen met een derdelander die in een andere EU-lidstaat langdurig ingezeten is en die een tweede verblijf in België aanvraagt (voor zover ze al deel uitmaakten van hetzelfde gezin).
160 euro:
- De niet-EU vreemdeling die gezinshereniging aanvraagt met een niet-EU vreemdeling die onbeperkt verblijf heeft in België (artikel 10 van de wet van 15.12.1980), behalve in de volgende gevallen:
- Dit is gratis voor onder meer aanvragen voor gezinshereniging met een erkende vluchteling of met een persoon met subsidiaire beschermingsstatus
- Indien de aanvrager een familielid is van een vreemdeling aan wie een andere lidstaat de status van langdurig ingezetene heeft toegekend en hij deel uitmaakte van het huishouden van deze langdurig ingezetene in deze andere lidstaat (60€)
- De niet-EU vreemdeling die gezinshereniging aanvraagt met een niet-EU vreemdeling die beperkt verblijf heeft in België (artikel 10bis van de wet van 15.12.1980). Uitzonderingen:
- Dit is gratis voor onder meer aanvragen voor gezinshereniging met een een persoon met subsidiaire beschermingsstatus
- Indien de aanvrager een familielid is van een vreemdeling aan wie een andere lidstaat de status van langdurig ingezetene heeft toegekend en hij deel uitmaakte van het huishouden van deze langdurig ingezetene in deze andere lidstaat (60€)
- De EU of niet-EU vreemdeling die gezinshereniging aanvraagt met een Belg (artikel 40ter van de wet van 15.12.1980).
- in bepaalde gevallen de vreemdeling die een terugkeervisum aanvraagt [Het is niet duidelijk om welke gevallen het gaat.]
215 euro:
- De vreemdeling die een machtiging tot verblijf in België vraagt voor humanitaire redenen (artikel 9bis van de wet van 15.12.1980)
- In bepaalde gevallen de vreemdeling die een terugkeervisum aanvraagt. [Het is niet duidelijk om welke gevallen het gaat.]
Wie betaalt er niet?
Mensen die onder één van de volgende situaties vallen, betalen geen bijdrage:
- als u jonger bent dan 18 jaar
- als u een asielaanvraag of een aanvraag tot subsidiaire bescherming indient
- als u een machtiging tot verblijf voor meer dan 3 maanden indient omwille van medische redenen (artikel 9ter)
- als u burger van de Europese Unie bent en u recht op vrij verkeer uitoefent (artikel 40 van de wet van 15.12.1980)
- als u familielid bent van de burger van de Europese Unie die gezinshereniging aanvraagt (artikel 40bis of 47/1)
- als u een Zwitserse onderdaan bent
Wettelijk kader:
- De programmawet van 19 december 2014
- Koninklijk besluit van 16 februari 2015 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen
- Mededeling Dienst Vreemdelingenzaken van 27 februari 2015