Detentie en alternatieven
Basisideeën
Basisideeën rond detentie en alternatieven voor detentie
“Detentie” of “vasthouding”: de beperking van bewegingsvrijheid door een overheid. Men onderscheidt twee soorten vrijheidsberoving: strafrechtelijke detentie[1] en administratieve detentie. Detentie om immigratieredenen valt onder de tweede categorie. In dat geval is de vasthouding het gevolg van een beschikking van een overheidsinstelling; niet het gevolg van een proces. De vrijheidsberoving is hier een middel om een doel te bereiken, bijvoorbeeld voorkomen dat een individu zich onttrekt van de overheidscontrole.
Het internationaal wettelijk en normatief kader laat detentie om immigratieredenen slechts onder bepaalde voorwaarden toe, aangezien detentie een beperking van het fundamenteel recht op vrijheid en veiligheid[2] is. Detentie is een laatste redmiddel dat slechts toegepast mag worden indien de wet het toestaat, het een legitiem doel kan bereiken, en het in verhouding staat tot de nagestreefde objectieven. Ook mag detentie slechts toegepast worden voor een zo kort mogelijke periode.
Alternatieven voor detentie (ATD)[3]: elke wetgeving, beleid of praktijk die migranten, waarvoor detentie in een gesloten centrum noodzakelijk en niet willekeurig, maar wel onevenredig of disproportioneel geacht wordt, toelaat in de gemeenschap te verblijven zolang de verblijfsprocedure duurt of de (gedwongen) terugkeer of terugdrijving voorbereid wordt, en die de mensen- en kinderrechten respecteert.
Wanneer er geen grond is om iemand vast te houden; is er ook geen reden om een alternatief voor detentie toe te passen.
[1] Strafrechtelijke detentie: dit is vrijheidsberoving als straf voor gedane feiten; de vasthouding wordt toegekend na een proces of in aanloop van een proces. De vrijheidsbeperking wordt gezien als straf op zich.
[2] Artikel 3 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens; artikel 9 van het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (ICCPR).
[3] Er zijn verschillende definities voor “alternatieven voor detentie” (zie bij voorbeeld: De Bruycker (ed.), Bloomfield, Tsourdi & Pétin, 2015, Alternatives to immigration and asylum detention in the EU, Odysseus Network.) Het Platform Kinderen op de vlucht kozen ervoor deze definitie te gebruiken in het rapport.